De lieren worden alvast gedemonteerd en schoon gemaakt en van nieuw vet voorzien; ze lopen boterzacht. De bovenkant van de boot zet ik in de was, dan is die klus maar geklaard. De volvo penta dealer komt langs om de motorolie te verversen, filters te plaatsen en de pomp van de motor wordt gereviseerd omdat die water lekte.
Vrijdag de dertiende
Bij de werf vraag ik diverse keren wanneer we er uit kunnen, het antwoord luidt steevast: ‘waarschijnlijk deze week, maar je wordt 2 dagen van tevoren gebeld’.
Op dinsdagmiddag krijgen we een telefoontje dat we de volgende dag om half elf in het kraangat moeten liggen. De boot wordt vakkundig opgebokt en ons leven verplaatst zich vanaf dat moment via laddertjes naar boven zeeniveau. Het toilet kunnen we niet meer gebruiken en ook afwaswater kunnen we niet meer laten lopen. Het kamperen is begonnen. Dezelfde dag spoelen we de romp. De aangroei van het onderwaterschip valt gelukkig mee. Ondertussen komt de Volvo Penta monteur weer langs om de olie in de saildrive te vervangen. Er wordt geconstateerd dat onze schroefas ingesleten is door de afdichting en dus bestellen we een nieuwe. Hij moet op voorraad zijn, zo wordt ons verteld.
Op de werf staan borden dat het schuurwerk met afzuiging moet plaatsvinden maar helaas doet niemand dat. Onze handen en voeten beginnen het uiterlijk te krijgen van een roetveeg Piet en zijn onder de douche niet meer schoon te krijgen.
Wij zijn klaar voor te waterlating maar het wachten is op de nieuwe as. Maandag gaan we nog maar eens vragen; ze zullen ons bellen als het er is en dan de volgende dag direct komen monteren. Ondertussen zijn er nog genoeg kleinere klussen, we vervelen ons niet. Dinsdag horen we niets, dus we gaan er van uit dat er woensdag geen monteur langs komt. Hoe lang staan we hier nog op de kant? Woensdagmorgen doen we rustig aan en ik stap om kwart over acht de kuip in om van bovenaf het schouwspel op de werf gade te slaan. Er klinken schuurmachines, slijpmachines, waarschuwingssignalen van de botenlift, geschreeuw van medewerkers die zich verstaanbaar willen maken en tot mijn stomme verwondering komt er een auto van Volvo Penta aanrijden die bij onze boot stopt. De as is er. Het wordt vakkundig geplaatst en in overleg met de werf zakt White Pearl om 12 uur het water in. Ze is weer waar ze thuis hoort. Op de ligplaats ontdoen we haar van het stof met de waterslang en zorgen we dat ze weer wit wordt. Het einde is in zicht. Maandag komt Jon om de watermaker in te bouwen en aan te sluiten. Aan het eind van de dag is het gereed en produceren we ons eerste zoete water.
In de komende dagen gaan we een auto huren en het eiland verkennen voordat we verder gaan. Het wachten is op goed weer om door te gaan naar Tenerife, la Gomera en Hierra.